|
St. Barbara kerk
door Ignazio Lecca
|
|
De kerk van St.
Barbara , volgens de geschreven tekst op de marmeren gedenkplaat in de muur bij de ingang
van de kerk, is opgericht in 1281 door Gallo, aartsbisschop van Cagliari, van wie gezegd
wordt dat hij geleefd heeft op die lokatie, met andere deelgenoten, zoals een
kluizenaarsmonnik.
Dit is de tekst van de
gedenkplaat, in overeenstemming met de Casini en Bonfant lectuur:
AD HONOREM.DEI.ET.BEATE
BARBARE.MARTIRIS:PreSENS.ECClesIA.EST
CONTSrVCTA.SVB.ANNO DOmiNICE
INCARNATIONIS.M.CC.LXXX.I
INDICCIONE.VII.DomiNO GALLO
KaLLARitane.ECCLesIE.PreSvLI.RESIDENTE
EG.FRatrEGUANTINO.HMIGA.PreFATUM
LOCUM.COHEREMITAS.SUOS.
EODEM.TEMPORE.GUBERNATORE.
De kerk is
rechthoekig gevormd, zoals waarschijnlijk de aartsbisschop Gallo het bedoelde om zo te
worden gebouwd. Het is nog steeds mogelijk om de Romaans architecturische motieven in de
muur te zien waar de ingang van de kerk zich opent, maar ook in de muur van de zijtakken.
Zulke motieven dateren uit de dertiende eeuw. Latere interventies, in 1739, veroorzaakte
nieuwe vormgeving en, misschien, het oprichten van de bassin-vormige koepel dat, echter,
volgens sommige geschiedkundigen, terug dateerd naar de zelfde periode van de zijbeuk. Een
portiek aan de voorkant, uit de zeventiende eeuw, draagt een zeil-vormige klokketoren.
Andere onderhoudelijke aanpassingen, maar toch nuttig, hebben gedeeltelijk de orginele
opbouw van de kleine kerk misvormd. Op de verscheidene gedenkplaten op de muur van de kerk
habben we bewijs gevonden van meerdere reconstructies. De karakterestieke motieven van de
dertiende eeuw blijven toch duidelijk zichtbaar.
In overeenstemming met een document
uit 1355, verstrekt door het Kanseliersschap van Koning Alfonso IV De Goedaardige en
gevonden in de archieven van de kroon van Aragon, vroegen de Basiliaanse monniken de
Koning van Aragon de concessie van de St. Barbara Kerk "sita in Cabuterra insula
Sardinie". Volgens de veronderstelling van O.Schiena, was de kerk waarschijnlijk
eigendom van dezelfde Basiliaanse monniken aan het einde van de middeleeuwen.
In de achtiende eeuw de St. Barbara
Kerk, huidig eigendom van de aartsbisschop van Cagliari, werd overgedragen aan het Minori
Conventuali broederschap in ruil voor de St. Maria Kerk in Uta. Tommaso Polla, broeder van
mythisch berouw, nam bezit van de St. Barbara Kerk samen met andere broeders. Hij werd
door de inwoners van Capoterra "genezen ziel" genoemd bij gebrek aan andere
kerkelijke priesters. Hij liep een boosaardige koorts op en stierf in Cagliari op 29
september 1663 in een lucht van heiligheid.
Het St. Barbara feest wordt gevierd
tegen het einde van juni. Deze heilige is niet de Sint Barbara van Nicomedia maar moet,
volgens de traditie, een christelijke martelaar uit Cagliari zijn, die 30 jaar geleefd
heeft. Haar persoonlijke overblijfselen werden ontdekt in een graf in St. Restituta op 23
juni 1620, volgens hetgeen wat Serafini Esquirro geschreven heeft in 1624 in "Santuario
de Caller, y verdadera historia de la invencion de los cuerpos santos hallados en la dicha
ciudad y su ar�obiscobado".
S.BARBARA V.ET
M.Q.VIXIT ANNIS
XXX
(Santa Barbara Virgo et Martir, quae vixit annis triginta)
Op deze manier
schrijft J.F. Carmona in "Alabancas de los santos de Sarde�a" in 1631 de
tekst van het gedenkteken gevonden op de graftombe van de heilige.
De meest complete biografie
van St. Barbara wordt gegeven door Bonfant wie, in zijn "Triumpho de los Santos
del Renyo de Cerde�a", schrijft over de oorsprong van de heilige geboren in de
stad Cagliari. Zij was een metgezel van St. Restituta, waar zij werd gearresteerd en
gevangen genomen omdat ze christen was. Ze werd veroordeeld tot onthoofding. Om de
reacties van de prominente inwoners te vermijden werd ze meegenomen naar een paar
kilometer verderop gelegen berg en daar werd het vonnis volbracht. De plaats op die berg,
sinds toen, kreeg de Sardiniaanse naam Sa Scabizzada (de onthoofde). Volgens
Bonfant was er op die plek een droge bron waaruit water begon te gutsen toen het hoofd van
de heilige op de grond viel. In herinnering van het wonder richten de kluizenaars, die in
de berg leefden een kapel op. Het lichaam van Sint Barbara werd terug gebracht naar
Cagliari door de christenen om te worden begraven in de grot van St. Restituta.
Op de berg van St. Barbara, de
oorspronkelijke plaats van de onthoofding van de sint, de "Sa Scabizzada" bron
is van grote interesse, gelegen slechts enkele meters vanaf de kleine kerk. Volgens de
populaire traditie kan de gelovige zich ontdoen van kwaad bij deze bron. Volgens het woord
van E.Atzori herinnerd bij deze woorden: "De gelovige die naar het heiligdom gaat,
voordat deze ervan drinkt, steekt hij in ��n van de nissen in de muur die de bron
beschermd, een klein kruis gemaakt van twee bij elkaar gestoken stokken, door de nis
gestoken tot de helft van z'n lengte. Traditie zegt dat als je ervan drinkt zonder een
rudimentair kruis te maken, je de kans loopt te struikelen en zichzelf pijn te doen op de
weg terug".
Vertaald door Ronal Van't
Klooster
Outlines on the
Poggio dei Pini territory
<
|